Transcript
Stel. Je stelt als evenementenbureau een fantastisch concept voor aan je klant. Die vindt het een schitterend idee maar besluit om verschillende redenen niet met je in zee te gaan. Een paar maanden later: wat zie je? Jouw idee gewoonweg gekopieerd. Kun je daar dan nog iets aan doen? Specialist Bart van den Brande van Serius Legal weet daar het antwoord op.
Dag Bart, bedankt dat je naar de studio bent gekomen.
Dag Kevin, goedemiddag.
Een idee dat je hebt. Kan je dat eigenlijk überhaupt beschermen?
Dat is inderdaad een vraag die we heel vaak krijgen van heel wat mensen die met creatieve beroepen bezig zijn. Een idee op zich eigenlijk niet, en dat is een grote misvatting bij heel wat mensen die bij ons terecht komen. Je kan een heel sterk idee hebben, voor een nieuw bedrijf, voor een nieuw product, voor een kunstwerk, voor een boek, voor een CD, maar zolang het bij een idee blijft, is er geen enkele bescherming die de wet jou al geeft. Er komt pas een bescherming vanaf het ogenblik dat je het gaat uitwerken in concrete teksten, concrete beelden. Als je een tekst geschreven hebt over een bepaald onderwerp, dan zal die tekst op zich beschermd zijn, maar het idee dat erachter ligt niet. Het mooiste voorbeeld is eigenlijk een computerprogramma, waarbij het idee op zich, wat het programma doet in principe nooit beschermd zal zijn, maar de software-code die er aan de basis van ligt wel. En iemand anders kan perfect, op basis van een nieuwe code, op basis van andere lijnen, een programma schrijven dat precies hetzelfde doet als jouw programma, omdat het idee erachter niet beschermd is. Het is enkel de software-code op zich die beschermd zal zijn. Bijvoorbeeld.
Nu is er in Nederland, als ik me dat goed herinner, recent nog een opmerkelijke uitspraak geweest binnen dat kader. Kan je eens uitleggen wat daar precies gebeurd is?
Het is een klassieker eigenlijk, en het is er eentje die wij in onze praktijk in de voorbije jaren ook een aantal keren gezien hebben. Het is een reclamebureau dat een pitch gaat geven bij een adverteerder, op basis van de richtlijnen die vooraf gekomen zijn, natuurlijk, van de adverteerder, waarover de campagne moest gaan. Het bureau stelt een uitgebreide campagne voor, met daarin al een aantal slogans als voorbeeld opgenomen, met een aantal beelden die ze al voorzien hadden. De adverteerder beslist om niet met dat bureau in zee te gaan, en voor een ander bureau te kiezen, en ze nemen dan contact op met dat bureau om te zeggen: ja, we zouden toch eigenlijk een aantal elementen uit jullie voorstel willen gebruiken, want een aantal dingen vonden we best wel goed. Het bureau, logischerwijze, houdt liever de eer aan zichzelf, en zegt: ja, of je werkt met ons, of je werkt helemaal niet met ons, maar wij gaan niet een deel van onze creatie afgeven aan iemand anders die er dan buiten onze controle mee aan de slag kan. De campagne wordt uiteindelijk door iemand anders uitgewerkt, en enkele maanden later moet het bureau vaststellen dat slogans, die wel heel erg lijken op hetgeen zij destijds voorgesteld hebben, opnieuw opduiken in de campagne.
Maar je zou dan denken: die slogan is uitgeschreven, en is dan op dat moment wel beschermd.
Wel, het probleem daar is, dat heel wat slogans, korte teksten, titels niet voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking zullen komen.
OK.
Je hebt echt al een beetje meer nodig alvorens de wet op basis van auteursrechten bescherming zal geven. Slogans of merknamen bijvoorbeeld kunnen eventueel wel bescherming krijgen maar daar moet je dan zelf voor zorgen via een merkendepot . Daarvoor moet je zelf actief de bescherming van dat merk gaan aanvragen en daar een prijs voor betalen. Dus automatisch heb je geen bescherming.
Als we nu even terug gaan naar dat voorbeeld in Nederland. Dat bedrijf is uiteindelijk naar de rechter gestapt, en hoe dat dan afgelopen?
Wel, spijtig genoeg voor het reclamebureau in kwestie hadden zij weinig kans, vooraf al, om te winnen. Enerzijds hebben zij geprobeerd om de adverteerder aan te vallen op basis van een veronderstelde contractuele fout, die de adverteerder zou hebben begaan. Er zou een contract tot stand zijn gekomen, zei het bureau, rond de pitch die gegeven is. Het contract zou zijn: wij komen een pitch geven en in ruil daarvoor worden wij of wel gekozen, of niet gekozen en mag je ons product niet gebruiken. De rechter heeft gezegd, zeer terecht denk ik, dat er geen contract is. Het contract begint pas op het ogenblik dat het bureau effectief gekozen wordt, waarna de campagne uitgewerkt wordt. Dus ze hebben vrij snel het deksel op hun neus gekregen omdat er geen juridische basis was om de adverteerder aan te spreken. Toen hebben ze dat nog eens opnieuw geprobeerd, eigenlijk, op basis van het auteursrecht: kijk, zelfs als er geen contract was, zijn de slogans die wij voorgesteld hebben auteursrechtelijk beschermd, en die mag je niet gebruiken zonder onze toestemming. En dan komen we terug op wat ik daarnet zei: de rechter komt tot het noodzakelijke besluit dat het auteursrecht, spijtig genoeg, alleen originele teksten beschermt, en een slogan is vaak zo kort, en zo generiek in het algemeen, dat die niet voor bescherming in aanmerking zal komen. Dus het bureau heeft daar spijtig genoeg achter het net gevist.
Nu, als je als evenementenbureau dat dan weet, en je moet een pitch gaan geven, zijn er dan toch niet een aantal dingen die je kan doen om je iets beter in te dekken?
Er zijn een aantal dingen die je zeker kan doen, en wij proberen al zeer lang bureaus ervan te overtuigen om een beetje meer juridische zekerheid en veiligheid in te bouwen in hun relaties met de adverteerders. Eén van de belangrijkste dingen die je kunt doen, is ervoor te zorgen, op het ogenblik dat je een pitch gaat geven, dat er een duidelijke afspraak is gemaakt met de adverteerder. Kijk, ik kom mijn campagne voorstellen, in een kort document, ik kom mijn campagne voorstellen, maar we gaan vooraf in een tekst vastgieten, dat hetgeen ik kom voorstellen wel degelijk mijn eigendom is, ongeacht de vraag of die nu beschermd is door het auteursrecht of niet. Want als je dat contractueel regelt, dan is dat eigenlijk bijzaak, want het is een contractuele afspraak. Het is mijn eigendom en je belooft mij dat je dit niet zult gebruiken zonder eerst met mij te overleggen, of te betalen.
Maar dat is natuurlijk niet gebruikelijk in de creatieve sector, zoals de evenementen in de advertentiesector. Op het moment dat je een idee komt voorstellen, moet je die klant nog binnenhalen, en dan ga je op dat moment al een papier onder de neus duwen...
Veel hangt af van de manier waarop dat precies gebeurt, denk ik. Je kan het aanpakken met een kort document, ja. Dat hoeft helemaal niet agressief te zijn. Dat hoeft geen contract van 20 pagina's te zijn. Dat kan heel kort zijn, en ik denk dat, als het goed aangebracht wordt, dat het geen probleem zou mogen zijn. Daarnaast - en als het contract een beetje moeilijk is - zijn er een aantal andere dingen die iets minder sterk zijn, maar die toch ook kunnen. Bijvoorbeeld, stel je voor dat op alle materialen die je voorstelt, op alle presentaties die je doet, op alle beelden die je voorstelt, jouw naam vermeldt is, en dat er dan ook bij vermeld is dat de inhoud jouw eigendom is. Stel dat alle Powerpoints die gegeven worden ook gedateerd zijn, en dat erbij staat: "Deze presentatie is gegeven in het kader van...", door bedrijf X, op die datum. Dat is een goed begin, denk ik. Wat zeker ook nuttig is, is ervoor te zorgen dat je het zelf intern goed aanlegt, dat alle mails die uitgewisseld zijn, dat je die goed bijhoudt . Als er telefonische afspraken gemaakt zijn, als er telefonisch overleg geweest is, dat je dat even bevestigt per mail, zodat je achteraf kunt aantonen dat er contacten geweest zijn, en van wie een bepaald voorstel uitgegaan is. Zorg er ook voor dat, als je samen gaat zitten om te gaan brainstormen, om samen tot een nieuw idee te komen, dat je vooraf afspreekt of daar een vergoeding tegenover staat of niet, en wie de eigenaar zal zijn van wat er uit zo’n brainstorming voorkomt...
Ja, in een brainstorming is het natuurlijk moeilijk aan te duiden. Van wie komt nu uiteindelijk het idee?
Daarom precies is het belangrijk, denk ik, om vooraf te zeggen: kijk, wij zullen aanwezig zijn, we zullen meedenken, zelfs als we het project nog niet binnen hebben. Wat we hier in het kader van deze sessie bedenken, zullen we overdragen maar ik ruil daarvoor zult u ons een vergoeding betalen voor de tijd die wij erin gestopt hebben, bijvoorbeeld. Dat zou één mogelijkheid zijn. En wat zeker nuttig is - maar dat is een stap die voor veel mensen in de sector nog iets te ver is, denk ik, hoewel het eigenlijk logisch is en in andere landen eigenlijk bijna gangbaar wordt - is ervoor zorgen dat, als je bijvoorbeeld een campagne uitwerkt, waar een merknaam aan verbonden is, waar events aan verbonden zijn, een aantal dagen georganiseerd zullen worden, onder dezelfde banner, dezelfde noemer, blokkeer dan vooraf als bureau zelf de domeinnaam. Zorg dat je die in handen hebt. Deponeer dan het merk. Een merk deponeren binnen de Benelux kost € 250, en dan heb je 10 jaar bescherming. Dat is een peulenschil in verhouding tot de waarde van projecten. Als het uiteindelijk tot een contract komt met een bepaalde adverteerder of een andere partij, dan kun je eenvoudig dat merk overdragen en je rekent de prijs van € 250. Maar als het niet tot een akkoord komt, dan ben je tenminste zeker, dat de naam, het merk dat je beschermt hebt, 2 of 3 jaar later niet opnieuw zal opduiken in een andere context.
Je hebt ook diensten, zoals iDepot, en zo verder, wat doet dat precies?
Er zijn een aantal alternatieven, ook iDepot dat door de overheid is ingesteld. Anderzijds het beheersgenootschap van auteurs Sabam, iets gelijkaardigs. iDepot kost iets vanaf € 50, dacht ik, en Sabam is gratis. Dat zijn systemen waarbij je een idee, of een uitgeschreven tekst op iets wat je bedacht hebt, kan deponeren en in bewaring geven bij een derde. Dat geeft je geen wettelijk bescherming, spijtig genoeg. De inhoud daarvan zal nog altijd niet door het auteursrecht beschermd zijn, enkel omdat je die enveloppe neergelegd, of elektronisch geupload hebt, maar het geeft je een bewijs van de datum waarop je iets bedacht hebt. En als er achteraf discussie komt... Op dit ogenblik zitten we in een procedure voor een reclamebureau, dat 7 jaar geleden tijdens een pitch een rebranding van een merk is gaan voorstellen, met een hele campagne daaraan gekoppeld, maar ook met een nieuwe merknaam, die destijds niet weerhouden is door de adverteerder in kwestie. We zijn 7 jaar later, en in het najaar van vorig jaar duikt die merknaam, die destijds voorgesteld is, opnieuw op, en spijtig genoeg voor onze cliënt is die niet bij ons gekomen, 7 jaar geleden, toen hij het lumineuze idee had voor het nieuwe merk, maar komt hij nu pas, en moeten we vaststellen dat hij eigenlijk niet meer echt kan bewijzen op dit ogenblik, dat hij destijds die naam bedacht heeft.
Ja.
Als hij gezorgd had voor een iDepot, met € 50, dan was dat opgelost. Als hij destijds die merknaam, die hij bedacht had, gedeponeerd had voor €250.00, dan was het veel makkelijker geweest om te reageren voor een rechtbank. Want nu moet hij reageren voor een rechtbank op basis van, ja, oneerlijke handelspraktijken: ik ben daar iets gaan voorstellen, ik heb daar mijn tijd ingestoken, ik ben daar niet voor vergoed, maar het is wel gebruikt. Dat is een wazig verhaal, waar je in het beste geval fifty-fifty kans hebt om te winnen. Als dat merk gedeponeerd was, dan was hij met 90% of 95% zekerheid de winnende partij in zo'n geschil. En dat gaat enerzijds om de eer van dat bureau, dat de creatie gedaan heeft...
Natuurlijk!
... maar anderzijds gaat het natuurlijk ook wel over veel geld. Normaal gezien was het betaald geweest voor hetgeen dat destijds bedacht werd.
Ik kom nog heel even terug op dat contractje dat je voorstelt.
Ja.
Ik kan me voorstellen in de creatieve sector, zoals ook de evenementensector, dat, op het moment dat je als opdrachtgever een aantal bureaus laat komen, je misschien zelf ook een idee had. Dan komt daar een bureau binnen, die jou een document laat tekenen dat je dat, wat zij voorstellen, niet gaat gebruiken. Maar wat doe je dan als het idee, dat je vooraf zelf al had, overeenstemt met wat gepresenteerd wordt.
Dat is een geval dat we ook regelmatig zien bij een adverteerder, die zonder het zelf te beseffen, vaak, tot een gelijkaardig ontwerp komt, wat een bureau vaak een jaar op twee eerder heeft voorgesteld. En vaak zijn dat dan andere personen, die niet rechtstreeks bij het project betrokken waren, die zelfs nog niet in dienst waren op dat ogenblik…
... die zelfs misschien totaal niet op de hoogte waren.
... die absoluut niet op de hoogte waren, dus dat gebeurt. Enerzijds is het zo dat het auteursrecht voorziet dat er zoiets bestaat als parallelle creatie. Dus zelfs als een bepaald ontwerp auteursrechtelijk beschermd is, neemt dat niet weg dat iemand anders op een ander ogenblik, op een andere plaats, aan hetzelfde kan denken. In principe heeft die ook auteursrechtelijke bescherming, omdat het geen namaak is. Om dat te voorkomen, moet je eigenlijk opnieuw zorgen voor een merkendepot. Bij merkendepot is de bescherming gegeven, niet aan wie er het eerst aan gedacht heeft, maar gewoon aan degene die de inschrijving genomen heeft. Als je het van een andere kant bekijkt: de adverteerder in kwestie, die destijds een voorstel gekregen heeft van een bureau, die toen getekend heeft dat hij niets gelijkaardigs zal gebruiken, die 2 jaar later aan hetzelfde opnieuw denkt als bij toeval, ja, die zal het inderdaad moeilijk kunnen gebruiken op dat ogenblik. Wellicht is het dan het beste, dat hij toch eens kijkt met het bureau, of ze samen het project kunnen uitwerken.
Ja, ja, ja. Ik denk dat het als bureau heel belangrijk is om op tijd juridisch advies aan specialisten zoals jullie te vragen. Ik zou je dan ook van harte willen bedanken voor je komst naar de studio.
Dat is met veel plezier gedaan.
En u, beste kijker, bedankt voor het kijken en alweer tot volgende week!