Je ziet het vaak: mensen die zich zowel spreker als dagvoorzitter noemen. En soms is de grens natuurlijk ook vaag: een goede dagvoorzitter is in staat voor een inspirerende opening te zorgen en dat heeft veel weg van spreken. En sprekers zijn beter, naarmate ze meer interactie zoeken met hun publiek, waarmee ze bijna gespreksleiders worden. Waar ligt dan de grens?
Ik doe een dappere poging hem te trekken: de dagvoorzitter etaleert geen mening, omdat dit de bijeenkomst schade zou doen. De spreker moet juist stelling nemen om de bijeenkomst verder te helpen.
Voor mijn gevoel is de taak van de dagvoorzitter-gespreksleider om anderen te helpen een visie te vormen of een standpunt te bepalen. De dagvoorzitter neemt zelf geen stelling, maar brengt bij het publiek een proces op gang. Hij prikkelt, polariseert misschien zelfs wel, en vraagt kritische door. Door zijn aanpak maakt hij gesprek los, veroorzaakt interactie en brengt hij mensen tot nieuwe inzichten. De dagvoorzitter is een smeermiddel voor het proces, een spiegel voor de deelnemers.
De spreker heeft een andere, directere aanpak: hij geeft zijn eigen mening in plaats van te vragen naar die van anderen. Hij heeft een eigen visie en etaleert die uitgesproken opinie met overtuiging. De spreker is daarmee vooral een sparringpartner. Zijn mening en expertise dwingen de luisteraars na te denken over hun eigen referentiekader. Hij overtuigt ze daarmee, of helpt ze te snappen waarom ze het tegenover gestelde denken. Hij voorziet mensen van kennis en informatie, de gespreksleider helpt ze die input te wegen en te gebruiken.
Enige tijd geleden las ik deze column van dagvoorzitter Mathijs Bouman. Hij neemt een duidelijke stelling in en maakt daarmee ook iets los, getuige het aantal reacties. Op zich is het voorafgaand aan een bijeenkomst al op gang brengen van het gesprek is iets dat veel vaker zou moeten gebeuren. Maar de vraag die ik me stel is in dit geval: is de aanpak, de toon, wel de juiste? In mijn opinie stelt deze dagvoorzitter zich te veel op als spreker en had hij dus ook als spreker geprogrammeerd moeten worden. Een echte dagvoorzitter zou gekozen hebben voor hele prikkelende vragen, citaten misschien, maar niet voor het etaleren van een eigen visie.
En waarom is dat dan erg, dat een dagvoorzitter stelling neemt? In mijn ogen, omdat hij daarmee een deel van de gespreksdeelnemers buitenspel zet. Door een kamp te kiezen, voelt een deel van de aanwezigen zich niet door hem vertegenwoordigd en bestaat de kans dat ze hun mond houden. Daarmee kan de open uitwisseling van kennis, gevoelens en argumenten in het geding komen. Een neutrale, maar kritische vragensteller, die oog heeft voor beide kanten van het verhaal zonder zelf gekleurd te zijn, zal meer bereiken.